[Lange post is vééééééél te lang. Sorry.]
Het was donker. Chie sloop, want na vier aanvallen van wilde Pokémon had ze echt geen zin in meer. Slaap tergde door heel haar lichaam.
"Jank," sprak ze zo zacht dat zelfs zij het amper kon horen, "Jank. Jank. Jank."
Ze voelde alsof ze wel kon huilen van vermoeidheid, maar Chie was simpelweg te koppig om tranen te laten stromen. Dus deed ze het maar gewoon op deze manier. Van huilen werd je toch alleen maar meer moe. Alhoewel praten natuurlijk ook niet gunstig was in een situatie als deze.
Miharu schommelde wat langs Chie heen en weer. De trainster wierp een schuine blik naar haar Vulpix. Ze zuchtte lichtjes, de Pokémon was beduidend ook uitgepeigerd. Maar Chie gaf niet op! Dat was ze verplicht aan Miharu. Dat waren ze verplicht aan elkaar. Ze gingen gewoon door, al was dat het laatste wat er vandaag ging gebeuren.
Hoe lang was ze eigenlijk alweer bezig? Chie wist het niet. Ze schudde kort haar hoofd, ze was besef van tijd kwijt maar wilde er ook niet te lang bij stil blijven staan. Dat kostte haar energie.
Chie hoorde Miharu zuchtte, en ze werd kort door het wezentje afgeleid. "Ben je ook zo moe?" vroeg ze, "zullen we anders even gaan zitten?"
Dat zou toch geen kwaad kunnen? Zo duf als dat ze nu waren, kwam ze toch geen reet mee verder. Chie was amper in staat nog op te kunnen letten. Ze moest zitten en wat drinken.
Chie plofte op een ietwat hoge steen neer en pakte haar rugtas op haar schoot. "Drinken drinken drink--- wa?" Chie keek op van haar tas toen ze onder haar de grond voelde trillen.
Nee. De steen. Die trilde.
Met een gil schoot Chie overeind, alles wat ze in haar handen vasthad liet ze vallen. Miharu blafte en sprong schrikkerig achter haar baasje aan. Chie sprong drie meter naar voren en wierp een blik over haar schouder naar de steen.
Achteraf was het eigenlijk best duidelijk te zien dat de steen geen gewone steen was. Geen gewone, kleine, rots. Nee. Het was zo'n gepunte en gedraaide rots. Eentje waarvan duidelijk te zien was, dat die bij een Dwebble hoorde. En Chie was met haar domme hoofd erboven op gaan zitten. Typisch iets voor haar.
De Dwebble leek niet blij. Natuurlijk niet. Chie zou ook niet blij zijn als iemand met zijn dikke kont op haar huis zou gaan zitten. De Dwebble liet een luide "SKRIE" horen, een woedende brul, en keek haar verontwaardigd aan. Chie werd uitgedaagd door hem tot een gevecht, en ze wist dat ze er niet onderuit zou kunnen komen.
Ze had geen geluk. Een Dwebble was een Rock/Bug Pokémon, en het enige maatje die Chie had, was een Fire Pokémon. Een Fire Pokémon! Die waren zwak voor Rock! Ze had geen andere keuze dan Miharu om hulp te vragen, maar Chie was bang dat dit te zwaar voor haar Vulpix zou zijn. Dubbel pech dat Miharu ook nog eens verzwakt was van gevechten hiervoor. Chie slikte hoorbaar.
Maar toen zag Chie het.
"Een ei!" riep Chie, "Miharu! Ik zie een ei!"
Een van de dummy-eieren had al die tijd bij de Dwebble in zijn huis gezeten. Het zat gewoon bij hem in de rots. Hoe dat geflikt was, wist Chie niet, maar één ding wist ze wel: ze ging dat kreng hebben. Ze had er veel te veel voor moeten doen. Al moest ze die Dwebble drie keer knock-out slaan, ze ging dat ei krijgen.
"Miharu!" riep ze haar Vulpix er vastberaden bij.
Miharu liet een korte "Pix!" horen dat ze er was, sprong beschermend voor haar trainster en rende meteen op haar tegenstander af. Zoveel kracht had het wezentje nog nooit eerder uitgestraalt. Het was duidelijk dat zij ook dat ei wilde hebben.
De Dwebble was even van zijn stuk geslagen door deze vurige reactie, maar kwam er gauw bovenop. Hij ging in de startblokken staan om de eventuele klap op te vangen.
"Ember!" Chie riep de eerste move die ze kon bedenken zonder dat de Vulpix zich al meteen fysiek hoefde te vermoeien. Miharu rende in een vloedvaart op de Dwebble af, maakte een afwijking naar rechts, en terwijl ze langs rende vuurde ze haar Ember op de Dwebble af.
Ja. De Dwebble was niet snel. Nee. De Dwebble was niet dom. Toen hij de Vulpix op hem af zag rennen, kroop het meteen in zijn huis. Het ei gleed met hem mee, en al het vuur die Miharu op hem richtte, omringde de rots en deed hem dus niets.
Chie vloekte binnensmonds. Ze wist dat vuuraanvallen vrijwel niets op de Pokémon deden, maar ze had op z'n minst op een raak gehoopt.
Miharu rende voorbij, maar remde gauw in een bochtje af. Ze stond nu aan de andere kant van de Dwebble.
Deze sprong weer uit zijn huis, keek verward rond en richtte zich toen weer tot de Vulpix.
Chie siste. "Quick Attack!" Miharu rende op de Dwebble af, die zich weer schrap zette. Om hem heen vormde zich drie rode ringen, die zich vervolgens vormde tot rotsen, en die hierna met een kracht van een sneltrein op de kleine Vulpix raasde.
"Spring en ontwijk!" riep Chie in een reflex. Miharu sprong ietwat onhandig met haar vaart omhoog, godzijdank hoog, en ontweek de aanval Rock Blast van de Dwebble.
De Dwebblie liet het hier niet bij zitten. Hij opende zijn mond en een goudkleurige bol van energie vormde zich ervoor. Het was de aanval Smack Down. Vulpix was nu in de lucht, en een schok ging door Chie heen. Nee toch?
Jawel. De bol werd afgevuurd op Miharu, die meteen op de grond klapte. Hard.
Chie rilde. "Miharu!"
"Pix..." klonk er wat teneergeslagen. Chie zuchtte ietwat opgelucht. Het wezentje kon nog staan, ondanks dat dit trillerig ging.
"Lukt het nog, maatje?" riep ze.
Miharu ging wat steviger op haar poten staan. "Vulpix!"
"Mooi," sprak Chie toe, "doe Imprison!"
Miharu gaf een korte schreeuw en rende opnieuw op de Dwebble af. Deze keer was ze sneller. Ze maakte een kleine sprong, en met een zwaai van haar poten tikte ze de Dwebble op zijn hoofd. Een kleine 'plof!' was hoorbaar, Miharu zette zich af van de Dwebble en lande aan de andere kant van hem.
De Dwebble was niet gewond geraakt, maar had wel Imprison op z'n dak gekregen. De aanval Smack Down kon hij mooi niet meer gebruiken.
De Dwebble keek ietwat versuft naar Miharu om, maar viel toen weer terug in zijn boze habitat. Omdat de Vulpix niet ver van hem geland was, gebruikte hij zijn scharen voor Fury Cutter. Herhaaldelijk sloeg hij en krabte hij Miharu, die tot vier keer toe geraakt werd.
"Miharu, spring!" riep Chie.
Miharu luisterde en ontweek de laatste twee aanvallen van de Dwebble. Deze riep iets en opende zijn mond weer, om te beseffen dat zijn Smack Down niet meer mogelijk was. Hij keek verblufd. Chie gebruikte de laatste aanval die Vulpix nog in haar had. "Fire Spin!"
Miharu voerde de aanval in de lucht uit. Ze opende haar mond, en met een brul kwam een krullende stroom van vuur uit, op tot 1500 graden celsius. Hoewel de Dwebble tegen vuuraanvallen bestemd was, moest deze wel schade aanbrengen.
En dat deed het, wel degelijk.
Dwebble werd volop geraakt. Hij werd gevangen in een kolom van vuur en kon geen kant op. Zijn lichaam verhitte, en hij verbrandde zichzelf. Miharu landde vlak naast hem. De Dwebble wilde haar aanvallen, maar verbandde zichzelf door de wang van vuur waarin hij gevangen zat.
"Miharu, Quick Attack!" De Vulpix ramde de Dwebble door het vuur heen. Zij werd niet aangetast door de vlammen. De Dwebble schoot achteruit, de vlammen raasde met hem mee. Hij raakte wat verzwakt.
"Nogmaals!"
Opnieuw oefende Miharu de aanval op de wilde Dwebble. Alweer werd hij geraakt. Hierna was Fire Spin uitgewerkt, en de vuurkolom om de Dwebble verdween, maar hij was te verzwakt om nog snel een aanval te doen.
"Nogeens!" riep Chie, wetend dat dit de laatste aanval zou moeten zijn. Met een gil raakte Miharu hem voor een derde maal, en de Dwebble schreeuwde het uit. Hij zakte in elkaar.
Chie zweeg en keek observerend toe. Miharu stond net zo stil. Na een korte twee minuten haalde Chie opgelucht adem.
"Yes!" sprak ze tot haar Vulpix, "we hebben hem! We hebben hem neer!"
Miharu blafte vrolijk en rende op haar trainster af. Ze zag er vermoeid, maar voldaan uit. Chie was ook tevreden.
"O, Miharu, het ei," bedacht Chie zich ineens, "ik vergeet 'm bijna."
Ietwat langzaam en voorzichtig liep ze naar de Dwebble toe. Ze duwde hem met haar voet op zijn kant. Misschien wat respectloos, maar in ieder geval veilig. Wat als hij anders zou opspringen als hij toch nog bij bewustzijn was? Nu zou ze nog snel kunnen wegrennen.
Maar de Dwebble deed niets. Langs het rustende lijfje zag Chie het dummy-ei zitten. Ze slikte, hurkte en gleed met haar handen langs de flauwgevallen Dwebble. Het was raar en best eng. Met moeite haalde ze het ei uit zijn huis, hopend niets beschadigd te hebben. Eenmaal dit ei in handen, rolde ze meteen acht meter achteruit. Nog steeds deed de wilde Pokémon niets, maar Chie voelde de spanning door haar lichaam gieren.
"Pfuuuuuu..." ademde ze uit, en ze keek haar Vulpix aan. "Heyhey, Miharu," zei ze, "ik heb 'm. Ik heb 'm, meisje. Het ei. We hebben 'm."
Miharu blafte kort en vrolijk. Ze zag er net zo blij uit als haar trainster. Het ei, koel, klein en licht, gemaakt van plastic, was alleen herkenbaar door zijn vorm. Maar ach wat, dat gaf niets. Chie was blij het te hebben.
"Ik doe 'm in mijn tas, en dan gaan we meteen door naar de top," sprak ze tegen Miharu, "deal?"
"Pix!" stemde Miharu in. Chie glimlachte breed.
[sorry. ik weet niet hoeveel woorden ik heb, maar het zijn er vast laaiend veel. teveel. het spijt me dat je daar doorheen moet lezen. sorrysorrysorrysorrysorry D:]